Skip to main content

Het was me het weekend. Of eigenlijk: het waren me de weken. Afgelopen vrijdag en zaterdag gaf ik in totaal drie concerten met duo Puur. Dat doe ik wel vaker, maar het ging nu om drie totaal verschillende concerten, met totaal verschillend repertoire. Op zich is dat ook nog geen ramp, maar mijn voorbereidingstijd was prut. Zo’n drie weken voor deze concerten sloegen de virussen toe in mijn lijf.

Gelukkig lag ik niet knock-out in bed, maar ik was ziek genoeg om even wat rustiger aan te moeten doen. Ik vreesde het meest voor mijn longen: daar had ik best wel last van. Niet zo leuk als je een blazer bent. Toen de duizeligheid en mijn rare gevoel in mijn longen niet verdwenen, ik al een paar dagen de maximale dosering aan paracetamol slikte en mijn conditie verre van goed was, bracht ik maar een bezoekje aan de huisarts en bleek de ontstekingswaarde in mijn bloed te hoog te zijn. Een antibioticakuur volgde. Die sloeg wat minder hard aan dan ik had gehoopt, maar ik voelde me in elk geval niet slechter. De (kleine) concerten die tussendoor kwamen, overleefde ik.

Intussen bleef ik rustig aan doen en warempel, de duizeligheid verdween en ik kon weer diep inademen. Helaas kwam toen de keelpijn opzetten en sloeg het virus op mijn oren. En ik zag vrijdag en zaterdag dichterbij komen. Wetende dat ik écht een week nodig had om mijn embouchure een beetje de goede kant op te krijgen en al die verschillende stukken goed voorbereid te hebben. Dus ik slikte keeltabletten, en weer paracetamol, dronk liters heet water met honing, negeerde mijn lichamelijke signalen en ging hard aan de studie. Gelúkkig ging het intussen lichamelijk steeds beter. Op donderdag lukte het me zelfs om in totaal drie uur lang te studeren, in goede conditie, en álle stukken door te spelen voor vrijdag en zaterdag. Hoera.

bladmuziek

Vrijdag gingen we eerst naar het Rijksmuseum Twenthe om muziek te verzorgen bij de tentoonstelling ‘Gainsborough in his own words’. We wisten niet of mensen gingen luisteren of dat het achtergrondmuziek zou worden, maar het repertoire bestond in elk geval uit werken uit de barok en vroeg-klassieke periode. Het bleek uiteindelijk zowel achtergrondmuziek als luistermuziek te zijn.

’s Avonds speelden we in Heerenveen waar we intermezzo’s verzorgden tijdens een Goede Vrijdagviering in een kerk. De eis met betrekking tot het repertoire was vanavond: rustige muziek, licht klassiek, in een sfeer van ‘herdenking’.

Op zaterdagavond gaven we een concert in Meppel. Voor de pauze stonden Nederlandse componisten op de lessenaar, na de pauze hoofdzakelijk Franse. Na de pauze was een zeer relaxed half uur; voor de pauze was het even zweten: we begonnen met de familie Andriessen (Hendrik, Jurriaan en Louis) om vervolgens de sonate van Flothuis te spelen en af te sluiten met de sonate van De Vries Robbé.

In totaal konden we twee werken op meer dan één concert spelen; verder had elk concert dus een eigen programma. Ik had van tevoren niet ingeschat dat de voorbereiding dan ook drie keer zoveel tijd vergt. Ik leef nog en heb genoten van elk optreden!

paasconcerten

Concerten vrijdag en zaterdag. Meestal eten we ergens een hapje als we twee concerten op één dag hebben. Daar hadden we dit keer geen tijd voor dus namen avondeten mee en wisselden wat uit. Zo aten we wraps met bieten en geitenkaas en een couscoussalade.

Vanmiddag heb ik nog een flinke wandeling met zus Maaike kunnen maken in Giethoorn; mijn conditie is weer helemaal terug!

paasconcerten1