Skip to main content

Juli 2012: ik krijg een mail met een op het eerste gezicht rare titel. Ik vind de titel verdacht en de mail belandt in eerste instantie in mijn spambox. Ik twijfel toch en bekijk de mail. Daarin staat de vraag of ik het solowerk voor fluit ‘CVA’ van Tom Schipper wil spelen in september 2012, op de eerste editie van TEDXEde. Ik heb op dat moment nog nooit van TED gehoord, maar al snel kom ik erachter dat het wel een bijzonder evenement is.

Tom Schipper heeft CVA geschreven voor zijn profielwerkstuk op de middelbare school. Ik vraag om de partij voor ik toezeg. Zie allemaal moderne technieken en twijfel geen moment: dit is leuk! Alhoewel ik wel zie dat het wel even wat studietijd gaat kosten. Ik heb nog twee maanden, waarvan ik een paar weken op vakantie ga, maar het moet goed komen. Ik studeer me suf op de whistletones. De andere moderne technieken en alle nootjes heb ik vrij snel in de vingers, maar die *&^^&%&$ whistletones… Na een paar weken spreek ik met Tom af, zodat ik het stuk kan voorspelen en hij me kan adviseren over de interpretatie. Ik hoor ook meer over de achtergrond van het stuk: Tom zijn moeder heeft het jaar voordat hij het schreef een CVA (Cerebro Vasculair Accident) gehad en zij speelde zelf fluit. Naar aanleiding van dit incident en het hele herstel dat erop volgde, heeft Tom besloten om het proces weer te geven in een werk voor fluit solo. Hij heeft dat zo enorm goed gedaan!

Een paar weken voor de TEDXEde wordt me gevraagd of ik het stuk samen met twee danseressen wil uitvoeren, iets wat me een mooie aanvulling lijkt. We repeteren een paar keer, ik speel wat er staat geschreven en de danseressen dansen een semi-improvisatie. Super interessant om zo met hen samen werken! Ze letten op hele andere aspecten in de muziek (waar hoor je ‘poef poef poef’ en dan ‘kabam’, en letten totaal niet op maatcijfers bijvoorbeeld). Ze raken geïnspireerd door hoe ik speel en ik door hen: hoe zij dansen en de muziek interpreteren in lichaamsbeweging. Het is fijn om zo over de verschillende kunstvormen te praten en te merken dat het zo dichtbij elkaar ligt, je zoveel van elkaar kunt leren en elkaar kunt versterken in je eigen kunstvorm.

Dan komt de grote dag, in Ede. Het is megadruk in de stad en ik moet moeite doen om een parkeerplekje te vinden. Natuurlijk zijn er uitgerekend vandaag allemaal evenementen. Maar ik ben op tijd en heb zelfs nog tijd om even te lunchen. Ik ben best wel gespannen; twee maanden voorbereiding zijn toch best kort voor zo’n groot solowerk. Maar ik doe mijn best en dit is het resultaat (bij 7:00 begint het stuk). Voor dat moment is het goed genoeg, maar ik ben niet heel tevreden. Ik vind het zo’n interessant werk dat ik het later nog een paar keer tijdens concerten speel. Het gaat me steeds beter af en ik krijg op elk concert te horen dat het zo indrukwekkend én erg herkenbaar is. Van mensen die in een soortgelijke situatie hebben gezeten en aan het revalideren gingen. Helaas voer ik het niet meer uit met dans, wat zou dat gaaf zijn om dat over een poosje weer eens te doen! Dromen moet je altijd blijven hebben…